Het maken van een Portfolio
Voordat je gaat investeren op de beurs is het belangrijk om te kijken wat voor investeerder je wilt worden. Ben je iemand die van veel risico houdt of houd je het liever veilig? In het boek The intelligent Investor worden er 2 type portfolio’s besproken, een voor de defensieve investeerder – “Defensive Investor” en een voor de agressieve investeerder – “Enterprising Investor”.
Beiden hebben een andere insteek maar zijn altijd gebaseerd op de principes van “value investing” Je kunt natuurlijk volledig zelf de inhoud kiezen van je portfolio; het maakt niet uit of dit 80% Defensive en 20% Enterprising is of andersom.
Tijdens het samenstellen van deze portfolio’s komen we een nieuwe investering tegen: de obligatie. Wat is een obligatie precies?
Obligaties
Indien je een obligatie koopt, leen je in feite geld aan een overheid of onderneming. Voor deze lening krijg je vaak een couponrente terug. Als je een obligatie koopt van een solide organisatie of overheid loop je een laag risico, maar daar staat een lage rente tegenover. Dankzij het lage risico is het verstandig om een deel van je portfolio te laten bestaan uit obligaties.
Let wel op de eventuele risico’s :
- Een obligatie kan weinig tot niets meer opleveren als het bedrijf of instantie in financiële moeilijkheden raakt
- Indien het bedrijf of de instantie de lening niet meer kan aflossen ben je je geld kwijt of de rente wordt niet uitbetaald
Een obligatie heeft vaak een rating welke de kredietwaardigheid van een bedrijf of instantie aangeeft en daarmee het risico van de belegging. Het ratingbureau Moody’s is een van de bekendste ter wereld. Hoe hoger de rating van een obligatie (hierbij is AAA de hoogste rating), des te hoger wordt de kredietwaardigheid geschat. De Engelse term voor een obligatie is “bond(s)”.
Portfolio Types
Onderstaande portfolio types zijn opgemaakt door Benjamin Graham, de mentor van de meest succesvolle investeerder ooit, Warren Buffet. Zie ook The intelligent investor.
Hoe aggresief moet je eigen portfolio zijn? Er zijn 2 mogelijkheden om een intelligente investeerder te worden:
- Continue researchen, selecteren, en monitoren van een dynamisch portfolio bestaande uit aandelen, obligaties en beleggingsfondsen
- Het creëren van een permanente portfolio welke draait op de automatische piloot en geen verdere inspanningen nodig heeft (maar genereert ook niet veel spanning)
Het eerste wordt “Enterprising” genoemd, het tweede “Defensive”. De Enterprising portfolio kost veel tijd en energie. Het Defensive portfolio kost weinig tijd om te onderhouden en vereist een bijna complete afstand van de markt.
Ben je iemand die veel tijd over heeft, competitief bent, denkt als een sportfanaat en een uitdaging niet uit de weg gaat? Dan is de Enterprising variant iets voor jou! Voel jij je altijd gehaast, hou je van simpelheid en ben je niet veel bezig met geld? Dan is de Defensive aanpak iets voor jou.
Er is natuurlijk ook de mogelijkheid om een stukje van beide portfolio’s te combineren. Beide portfolio’s zijn even intelligent en je kunt met beiden succesvol zijn, maar alleen als je jezelf goed genoeg kent en de juiste keuze maakt, je aan deze keuze houdt voor de rest van je leven en je kosten en emoties onder controle houdt. Bij het handelen op de beurs ligt het financiële risico niet alleen op de beurs maar ook bij jezelf. Kun jij je emoties onder controle houden?
De defensieve investeerder
De eerste keuze die je moet maken is welk percentage van je portfolio je wilt stoppen in aandelen, obligaties of geld. Volgens Benjamin Graham is het belangrijk dat iedereen altijd minimaal 25% van zijn portfolio stopt in obligaties. Zodra al je aandelen het waardeloos doen kun je namelijk altijd terug vallen op je obligaties. Ook heeft je huidige leven invloed op je portfolio:
- Ben je single of getrouwd?
- Heb je ( of wil je) kinderen?
- Krijg je een erfenis of moet je straks je eigen ouders verzorgen?
- Heb je het extra inkomen van aandelen of obligaties nodig om je maandsalaris aan te vullen?
- Afhankelijk van je huidige salaris en jouw uitgaven: Hoeveel geld kun je/mag je verliezen op je investeringen?
Als je bovenstaande vragen hebt beantwoord en je denkt een groter risico te kunnen nemen, dan zou je een hoger aandeel in aandelen kunnen nemen: 25% obligaties 75% aandelen. Indien je dit risico niet kan nemen, 75% obligaties 25% aandelen. Uiteindelijk kun je natuurlijk zelf de keuze maken, of dit nu 70-30% is of 40-60%. Bovenstaande is een richtlijn van Benjamin Graham.
Hierbij wel een kleine kanttekening: Op dit moment (2015) zullen obligaties niet direct een goede keuze zijn. Er zijn zelfs obligaties te vinden met een negatief rendement. Het is daarom verstandig om eerst zelf onderzoek te doen waarin je gaat beleggen.
Graham adviseert nooit meer dan 75% in aandelen te nemen. Waarom niet 100% aandelen? Voor een klein aantal investeerders is 100% aandelen een optie wanneer:
- Genoeg geld achter de hand is om je familie te onderhouden voor minstens 1 jaar.
- de komende 20 jaar kan worden geïnvesteerd.
- de het bearmarket van het jaar 2000 heeft overleeft.
- geen aandelen verkocht zijn tijdens de bearmarket van het jaar 2000.
- meer aandelen gekocht zijn tijdens de bearmarket van het jaar 2000.
- Hoofdstuk 8 van The Intelligent Investor gelezen is en er een formeel plan gemaakt is om het eigen beleggingsgedrag te controleren.
Wijzig je portfolio elke 6 maanden, niet meer en niet minder. Voer de veranderingen op simpel te onthouden tijdstippen (bv nieuwjaarsdag) door. Op deze manier dwing je jezelf continue objectief bezig te zijn met: Heb ik nu meer van deze asset in handen dan wat ik van te voren heb gepland en waarom?
Dividend aandelen
Geen enkele intelligente investeerder koopt een aandeel alleen voor het dividend. Het bedrijf en de onderliggende business moeten solide zijn en de prijs van de aandelen redelijk. Daarnaast moet het dividend minstens 20 jaar lang door het bedrijf zijn uitgegeven. De defensieve investeerder kan beter bedrijven vermijden die geen dividend uitkeren.
Bedrijven die geen dividend uitkeren gebruiken hun geld om “groter” te worden. Helaas resulteert dit vaak in “diworsification”. Vaak gaat het zo goed met een bedrijf dat ze buiten hun domein stijgen. Ze kopen kleinere bedrijven op in een andere tak van een industrie en komen er later achter dat het leiden van bedrijf A niet perse hetzelfde werkt als bij bedrijf B.
Gevolg is dat de andere tak slecht presteert en dat gaat ten koste van het aandeel, ook wel diworsification genoemd. Uiteindelijk wordt het gekochte deel weer afgestoten en gaat het bedrijf verder met waar ze wel goed in zijn.
Een bedrijf dat dividend uitkeert geeft winsten weg om de aandelenhouders tevreden te houden in plaats van dit geld te gebruiken voor diworsification. Vaak gaat het hierbij om grote bedrijven die moeilijk nog verder kunnen groeien; denk hierbij aan bijvoorbeeld Coca Cola of Mac Donalds. Dergelijke aandelen kunnen deel uitmaken van je defensieve portfolio.
Indextrackers:
Voor bijna iedereen (99,9%) is het voldoende om al je geld te investeren in een indextracker (ETF). Een ETF is een beursgenoteerd fonds welke een index volgt (vandaar de naam indextracker). Een indextracker heeft in principe van elk bedrijf in de betreffende index een aandeel. De algemene trend is daarom ook dat een indextracker dezelfde jaarlijkse trend heeft van de gekozen index.
Als voorbeeld de Standard&Poors 500, deze index bevat de 500 grootste beursgenoteerde bedrijven uit de USA. Indien de S&P500 vorig jaar 8.5% gestegen is zal de indextracker ook rond de 8.5% zitten (afhankelijk van de index). Oftewel een indextracker “ trackt” (volgt) de index.
Er zijn veel verschillende indextrackers te vinden. Let daarom vooral op de (beheer)kosten en waar de indextracker precies in belegt (sector, industrie etc.) Een indextracker wil niet per definitie zeggen dat deze de volledige index in de portefeuille heeft.
Mocht je het nog niet gelezen hebben: Warren Buffet raadt individuele beleggers aan om alleen te beleggen in een indexfonds. Bron: Warren Buffet annual letter to shareholders pagina 20 bovenaan. Als Warren Buffet – de meest succesvolle belegger ooit – dit aanraadt kun je dit advies maar beter opvolgen.
Beleggingsfondsen
Het principe van een beleggingsfonds is eigenlijk heel simpel: Je geeft je geld aan een wildvreemde, die met jouw geld aandelen koopt. Nu is dit niet altijd zo slecht als het klinkt. Indien je een portfolio manager aan het roer hebt die het fonds stuurt op de principes van value investing is dat zeker niet verkeerd! Je weet echter nooit hoe de analyses precies gedaan zijn en je kunt niet zelf bepalen welke bedrijven je in je portfolio hebt.
Voordelen:
- Je hoeft niet zelf op onderzoek uit.
- Kost relatief weinig tijd.
- Je hebt weinig omkijken naar het verdere verloop.
Nadelen:
- Bedrijven worden voor je gekozen (hoe is de analyse gedaan?).
- Je betaalt beheerkosten (soms kan dit wel oplopen tot een paar % per jaar!).
- Een wildvreemde handelt met JOUW geld.
Historie wijst uit dat maar bar weinig beleggingsfondsen de markt verslaan. (bron: Almost no one can beat the market.) Waar moet je op letten als je kiest voor een beleggingsfonds? Op chronologische volgorde:
- Zoek uit wie de portfolio manager(s) is/zijn.
- Zoek een fonds met zo laag mogelijke beheerkosten! Een fonds dat een hoog rendement belooft en daarvoor een hoge fee (2-3%) vraagt, moet je altijd vermijden.
- Hebben de manager(s) zelf ook belang in het fonds? Een manager die zijn eigen geld ook in het fonds heeft zitten zal veel minder snel risico’s nemen dan wanneer hij/zij er geen eigen geld in heeft zitten
- Als laatste en minst belangrijkste van dit lijstje: Wat zijn de rendementen over de afgelopen jaren van het fonds?
Er zijn duizenden beleggingsfondsen. Vraag je dus eerst bovenstaande af, voordat je zomaar in een fonds investeert!
Een beleggingsfonds is niet per definitie een slecht iets. Het vinden van het juiste fonds kan echter wel een behoorlijke opgave zijn. Er zijn vrij weinig fondsen die over verloop van enkele jaren beter presteren dan de S&p 500 index. Neem daarbij mee dat je bijna altijd beheerkosten betaalt van een paar procenten oftewel een fonds moet wel erg ruim boven het gemiddelde presteren wil je daadwerkelijk beter presteren dan de markt.
Een beleggingsfonds zul je moeten beoordelen op bovenstaande criteria en daarbij een keuze maken. Er zijn duizenden beleggingsfondsen te vinden in elke denkbare industrie. Indien je niet zeker weet,wie de manager is van een fonds, wat de belangen zijn en voornamelijk wat je kwijt bent aan extra beheerkosten, dan is het verstandig om dit fonds over te slaan. Beheerkosten boven de 2-3% is geen optie.
Een ander nadeel waar een fonds mee te maken kan hebben is de hoeveelheid geld die ze kunnen investeren. Het komt vaak genoeg voor dat een fonds te groot wordt en daardoor bepaalde aandelen niet meer kan kopen. Zo kan een fonds een behoorlijk rendement halen als ze klein blijven maar kan dit rendement flink inzakken naarmate ze meer investeerders toelaten.
Een beleggingsfonds moet zich namelijk houden aan bepaalde regels. Zo kan een fonds niet zomaar een bedrijf opkopen. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij “prive” beleggingsfondsen die daarna “publiekelijk” worden en zo meer investeerders toelaten.
Een laatste aspect waar je ook rekening mee moet houden is dat je jezelf moet inkopen in een fonds. Dit betekent dat je bepaalde kosten moet betalen voordat je mee mag doen in het fonds. Ook indien je weer uit een fonds wil stappen, kan het voorkomen dat je “exit” kosten moet betalen. Ook deze kosten hebben effect op je uiteindelijke rendement.
Je eigen portfolio
Ons advies voor het maken van je eigen portfolio is om eerst uit te zoeken waar je het meest geschikt voor bent. Ben je een beginner met beleggen? Ga dan een jaar met nep-geld spelen! Tegenwoordig kun je op verschillende sites een account aanmaken en direct beginnen met handelen met “live” aandelen. Op deze manier krijg je een idee hoe het precies werkt en of je de juiste beslissingen kunt maken. Na een jaar kun je de balans opmaken, indien je veel verloren hebt is het misschien verstandig om je alleen te richten op indextrackers (ETF’s).
Wil je toch direct beginnen met het investeren op de beurs, dan is het meest verstandige om eerst al je geld te spreiden over een aantal ETF’s. Bijvoorbeeld een gebaseerd op de Euro-Stox 50 en S&P500.
Verspreid te allen tijde je geld over meerdere trackers en erg belangrijk telkens in een andere industrie! De reden hiervoor: Mocht een bepaalde industrie het even moeilijk hebben, dan kun je terugvallen op andere trackers of aandelen waardoor je verliezen beperkt blijven.
Een aantal voorbeeld portfolio’s:
Zoals je kunt zien zijn er honderden manieren te verzinnen om je portfolio samen te stellen. Ben je een defensieve investeerder, beleg dan voornamelijk in ETF’s en defensieve aandelen. Hou je meer van risico kun je op zoek gaan naar enterprising aandelen of enterprising beleggingsfondsen (lees hoog risico).
Een nieuwe term die je hierboven waarschijnlijk al hebt opgemerkt is crowdfunding, hierover lees je meer in de volgende stap!
Beleggen in de praktijk
Zoals je hebt kunnen lezen geven we geen specifiek advies in welke aandelen of beleggingsfondsen je moet investeren. Het is belangrijk dat jezelf weet waarin je investeert. Als je klakkeloos portfolio’s of andere adviezen van iemand anders gaat overnemen kun je wel eens bedrogen uitkomen.
In onze blog zullen er in de toekomst verschillende posts voorbij komen over analyses van verschillende indexen waarvan wij denken dat het een juiste keuze is. Maar ook hierbij geldt, doe altijd je eigen onderzoek!